Zaken,
uitspraken
& media

Door de jaren heen heb ik in verscheidene zaken opgetreden.
Een aantal voorbeelden daarvan treft u hieronder aan.

2025:

Ik ben de advocaat van Timothy B., verdachte van moord of doodslag op zijn moeder:

Taakstraf van 120 uur voor poging zware mishandeling door snijden met een mes: het Openbaar Ministerie eiste 180 uur taakstraf en één maand gevangenisstraf voorwaardelijk, echter was de rechtbank met mij eens dat cliënt veranderd is na deze zaak en verantwoordelijkheid neemt voor wat er gebeurd is. Die positief gewijzigde houding leverde cliënt een lagere straf op: 160 uur taakstraf waarvan 40 uur voorwaardelijk, waardoor cliënt effectief maar 120 uur taakstraf hoeft te verrichten (link naar de uitspraak).

2024:

Vrijspraak voor verdenking smokkel van meer dan 600 kilo hennep: het Openbaar Ministerie eiste 24 maanden gevangenisstraf tegen cliënt voor de smokkel maar de rechtbank volgde een pleidooi om cliënt vrij te spreken nu onvoldoende vast stond dat cliënt wist of moest weten van de hennep in een scheepscontainer (link naar uitspraak).

Vrijspraak voor verdenking onttrekking aan gezag kinderen door met hen naar Italië te vertrekken: het Openbaar Ministerie verdacht cliënt en partner van het onttrekken van hun gezamenlijke kind alsmede het kind van zijn partner aan het gezag. Het Openbaar Ministerie wilde dat cliënt 24 maanden gevangenisstraf zou krijgen maar de rechtbank was met mij van oordeel dat cliënt geen enkel strafrechtelijk verwijt kon worden gemaakt.

2023:

Lage gevangenisstraf en slechts 1/3e van gevorderde ontneming toegewezen bij verdenking dealen in drugs: cliënt werd in deze zaak veroordeeld voor bijna één jaar dealen in cocaïne. Daar staat normaliter één jaar gevangenisstraf tegenover. Het is bovendien zo dat het Openbaar Ministerie dan vaak alle inkomsten (de winst) uit die deals terugvordert door middel van een zogenoemde ontnemingsmaatregel. Ik kon de rechtbank er echter van overtuigen dat cliënt niet voor het volle bedrag, dat hij verdiend zou hebben met dealen, moest worden aangesproken omdat dit gelet op zijn persoonlijke omstandigheden een te grote belasting op zou leveren. Daardoor werd aan cliënt een fors lagere ontnemingsmaatregel opgelegd (link naar uitspraak ontneming). Ook kreeg cliënt een veel lagere gevangenisstraf van nog geen vier maanden (link naar uitspraak strafzaak).

2021:

2 jaar gevangenisstraf voor 5 jaar dealen in cocaïne en verboden wapenbezit: uitgangspunt is dat men voor ieder jaar dat er gedeald wordt in cocaïne, er één jaar gevangenisstraf wordt opgelegd. Op mijn verzoek deed de rechtbank het in deze zaak anders en had oog voor de positieve veranderingen in het leven van cliënt waardoor een veel lagere gevangenisstraf werd opgelegd. Ook hoefde cliënt 25% minder terug te betalen over zijn inkomsten dan door het Openbaar Ministerie gevorderd omdat ik met een uitgebreide berekening kon aantonen dat het niet anders kon dan dat cliënt veel minder inkomsten had genoten en veel hogere kosten had gehad (link naar uitspraak).

Geen straf voor boerenbijeenkomst tijdens corona: cliënt stelde zijn land beschikbaar zodat een groep van boeren het getal 75 kon uitbeelden. Het Openbaar Ministerie legde daarop een boete van 1000 euro op, maar de rechter volgde mijn verzoek tot oplegging van art. 9a Sr - het maximaal haalbare in deze zaak (artikel op NOS).

Vrijspraak voor bedreigen motoragent tijdens boerenprotest: cliënt werd tot stilstand gemaand door een motoragent. Hij wilde daarop zijn trekker om de agent heen manoeuvreren. De agent trok zijn vuurwapen, hield cliënt onder schot en cliënt werd aangehouden. De rechtbank volgde mijn verweer dat uit het handelen van cliënt moest worden afgeleid dat hij juist geen enkele intentie had om de agent een onveilig gevoel te geven.